Hoe werkt een (natte) verf laagdikte meter?

De duurzaamheid van de verf wordt voor een groot deel bepaald door de juiste laagdikte. De laagdikte kun je meten met een laagdikte meter. Niet alleen de juiste voorbehandeling en toepassing van de verf zijn belangrijk, maar zeer zeker de laagdikte ook! Om er tijdens het schilderen zeker van te zijn dat de juiste laagdikte aangebracht wordt, dient de laagdikte gemeten te worden met een verf laagdiktemeter. Dit is een handig en klein gereedschap, dat nog het meeste lijkt op een lijmkam.

Een (natte) laagdiktemeter heeft "tandjes" van verschillende lengtes. De buitenste tandjes (standvoeten) zijn van dezelfde lengte zodat ze als basis kunnen fungeren bij het meten van de laagdikte. De natte laagdikte wordt afgelezen waar de scheiding ligt tussen de laatst natte en eerst droge tand zichtbaar is.

Wat zijn de "mankementen" bij een verkeerde laagdikte:

Bij een te dunne laagdikte ontstaan er strepen door onvoldoende vloei, dekt de verf niet voldoende en wordt de duurzaamheid beperkter.

Bij een te dikke laagdikte kunnen er zakkers en druppels ontstaan, vindt er soms blaasvorming plaats en creëer je een trage doordroging.

Hoe gebruik je een natte laagdiktemeter?

Zoek in het technisch blad van het gekozen product de voorgeschreven laagdikte op.

Schilder het gewenste oppervlak (bv een deur) met een kwalitatief goede kwast of lakviltroller

Kies de zijde van je laagdiktemeter waarop de juiste laagdikte genoteerd staat.

Zet vervolgens de natte laagdiktemeter haaks (hoek van 90 graden) in je nog natte verflaag. Zorg dat de gebruikte zijde stevig in contact is met de vlakke ondergrond en zorg dat beide hoektanden (standvoeten) in de natte verf staan.

Verwijder de natte laagdiktemeter zonder deze te schuiven, zodat alleen de tandafdrukken achterblijven.

De natte laagdikte is, door de verschillende hoogtes van de tandjes van de laagdiktemeter, gemakkelijk af te lezen. . De laatst natte tand is de aangebrachte laagdikte. De meetplek hoeft u niet over te schilderen, deze vloeit vanzelf dicht bij voldoende laagdikte.

Veeg voor de volgende meting eerst de tanden schoon met een doekje.

Voor een juist totaalbeeld is het verstandig om op meerdere plekken een meting te doen.